DIOK investeert in extra jeugdtrainers om groei bij te kunnen benen
Rugby is hot in Nederland. Dat merkt ook Rugbyclub DIOK uit Leiden, waar met name de jeugdafdeling sinds het afgelopen WK in Engeland (2015) een explosieve groei doormaakt. Dat betekent dat er ook meer gekwalificeerde trainers nodig zijn om deze spelers de beginselen van deze mooie sport bij te brengen. Afgelopen seizoen is er dan ook veel geïnvesteerd in het opleiden van extra trainers. Dat leverde tot nu toe al zo’n 20 nieuwe trainers/ begeleiders op, een aantal dat de komende jaren nog verder moet groeien, want de groei van het aantal jeugdteams lijkt voorlopig niet te stuiten!
Initiatiefnemer Arthur Arkesteijn zette dit seizoen een opleidingstraject op voor een grote groep ouders van jeugdleden en (oud-)rugbyers van de club, met steun van Hajo Feitsma vanuit de Technische Commissie en het DIOK-bestuur. Deze groep trainers in-spe volgde de afgelopen maanden een intensief opleidingstraject. Onder leiding van opleider Adri van der Plas (Rugby Nederland) werd op verschillende niveaus gewerkt aan hun trainersvaardigheden zoals spelregelkennis, didactiek, EHBO, theorie en praktijk van rugbyskills en tactiek.
Inmiddels mogen zo’n 15 ouders (zelf vaak nog zonder rugby-achtergrond) zich officieel ‘Game coach’ noemen. Zij kunnen zowel in het veld als scheidsrechter, als naast het veld als coach jeugdrugbywedstrijden begeleiden. De basisopleiding World Rugby 1 – die wat meer gericht is op het opzetten van oefen- of spelvormen tijdens trainingen – werd inmiddels door 4 mensen afgerond en nog eens 3 leden zijn op weg gediplomeerd zelfstandig coach te worden in de uitgebreidere cursus World Rugby 2. Zo ontstaat er een grote poule gekwalificeerde trainers, die ook weer de kans krijgen zich verder door te ontwikkelen.
Na het succes van de opleidingen van dit seizoen wil DIOK de opleiding van trainers en ook scheidsrechters volgend seizoen nog verder professionaliseren. Jaarplannen met een gestructureerde seizoensopbouw en een doorlopende leerlijn in de trainingen zijn in de maak, zodat de eigen speelwijze van jongs af aan kan worden aangeleerd. Het wordt op deze manier voor spelers (nieuw of ervaren) en trainers makkelijker om van onderaf in te stromen en zich door te blijven ontwikkelen, zodat ieder op zijn eigen niveau het maximale plezier uit de rugbysport kan halen.