Nog een overblijvertje van vorige week, maar de moeite waard:

Blauwe benen en rode billen in rugbykantine

door Tim Berghuis. maandag 14 september 2009

ZWOLLE – De ‘dick of the week’ drinkt fris met een rietje, Coen Berkers staat prompt poedelnaakt op de stamtafel. “Ali, Zumba, Ali Zumba.” Rugby is geen sport voor beschaamde zielen.

Wie zijn allereerste try afdrukt, zal het zijn leven lang blijven heugen.

Fluisterend wordt de boodschap doorgegeven. Coen Berkers heeft in de vroege morgen met RC Zwolle 2 een persoonlijke primeur beleefd. Als René Tonn met de vijftien kilo zware man-of-the-matchtrofee wegloopt, wordt Berkers op de stamtafel gehesen. Zijn broek hangt al op de enkels, de slip volgt binnen een oogwenk.

Clubgenoten dansen als indianen om hem heen, de bilpartij van Berkers dient als slaginstrument. “Ali Zumba”, schreeuwen ze, totdat het middelpunt bavianenbillen heeft. Teamcaptain Arjan Scheve completeert het inwijdingsritueel met een grote kan bier, waarin Berkers zijn geslachtdeel doopt. Enkele aanwezigen kijken geschokt als het gerstenat naar de mond gaat en in een teug wordt weggespoeld.

Nee, de makers van de real-life soap over de Hanzeladies – vanaf 5 oktober te zien op TV Oost – hoeven dergelijke rituelen niet bij het vrouwenteam te verwachten. Scheve staat er niet afwijzend tegenover. “Als ik zie hoeveel plezier ze beleven als wij een ‘zumba’ hebben, zou het best kunnen.”

Iedereen in de kantine kan een soortgelijk verhaal vertellen, zegt Scheve. Hij zal ‘zijn Zumba’ nooit vergeten. “Dat was helemaal triest. We waren met het team in Parijs, waar ik ‘hem’ in een restaurant zou krijgen. Maar we waren te luidruchtig en werden weggestuurd. Ik hoopte dat ze het vergeten zouden zijn, maar op een gegeven moment begon iedereen te zingen en wist ik het al. Het was aan de Seine, drie schepen voeren met grote schijnwerpers langs. Ik zag iedereen zijn neus tegen het raam drukken.”

Het zijn de anekdotes die rugby maken tot de sport die het is. Bikkelhard binnen de lijnen, maar sociaal erbuiten. Scheve legt uit de ‘zumba’ niet bedoeld om iemand letterlijk en figuurlijk voor paal te zetten. “Eerst gooi je bier over hem heen, daarna feliciteer je hem oprecht met zijn eerste try.” Het is een bijzonder welkom in de rugbygelederen.

Alvorens de teams van Zwolle en Groningen gebroederlijk kannen bier aan elkaar uitdelen, hebben ze een stevig robbertje rugby gespeeld. Lang houdt promovendus Zwolle gelijke tred met de titelkandidaat, maar in de laatste twee minuten kapseist de verdediging tweemaal: 7-20 wordt uiteindelijk 7-34.

Het zal nog een hels karwei worden om handhaving te bewerkstelligen, beseft coach Eddy Dekker. Zijn selectie is in de breedte gegroeid, maar om in de tweede klasse te blijven is een stukje gogme noodzakelijk. Nieuwkomer Tonn beseft dat er gebikkeld moet worden. Zeker op de eerste rij, waar hij deel van uitmaakt.

Alleen kan echter niemand het op het rugbyveld. De homogeniteit binnen het team valt soms nog het best te vergelijken met die van een leger in oorlogstijd. Tonn, de nek rood van de schrammen, knikt. “Aan eenmansacties heb je niets. Je hebt elkaar echt nodig.”

 

Advertentie